College Coevorden verleent medewerking 
aan AZC voor maximaal 400 asielzoekers

Het college van b en w van de gemeente Coevorden verleent, onder voorwaarden, medewerking aan de tijdelijke vestiging van een asielzoekerscentrum op locatie Witte Zand 18 in Oosterhesselen. Onderdeel van deze voorwaarden is onder andere dat het college een harde bovengrens stelt van maximaal 400 opvangplaatsen. Daarnaast wil het college in een bestuursovereenkomst met het COA afspraken maken over een aantal zaken, waaronder de manier waarop het COA het dorp betrekt bij de uitvoering, de manier waarop het terrein wordt ingericht en hoe er wordt omgegaan met veiligheid en voorzieningen. Bij het opstellen van deze overeenkomst betrekt het college een afvaardiging van bewoners. Inwoners van Oosterhesselen ontvangen woensdag een brief van het college over het genomen besluit.

Gewogen besluit

Het college heeft in de aanloop naar het te nemen besluit op verschillende manieren informatie en beelden vanuit de samenleving en raad verzameld. Het college heeft de reacties meegewogen bij het nemen van een besluit. Wethouder Brink: “De vraag die het COA aan het college heeft gesteld is geen gemakkelijke. We hebben dit besluit dan ook niet zomaar genomen en het mag gerust een worsteling genoemd worden om te komen tot een goed afweging van alle belangen. Enerzijds hebben we de belangen van het dorp die voor het college zwaar wegen, maar we zien ook de urgentie van de vraag en onze maatschappelijke verantwoordelijkheid om iets in te betekenen voor mensen in nood. We hebben als college de verschillende argumenten gewogen en dit in ons definitieve besluit meegenomen. We zijn als college ook graag bereid om deze afwegingen toe te lichten aan de inwoners van het dorp. Hierover willen we met Plaatselijk Belang in gesprek”.

Medewerking onder voorwaarden

Op 22 januari heeft het COA een formeel verzoek gedaan aan het college van b en w, om medewerking te verlenen aan het tijdelijk vestigen van een AZC op de locatie Witte Zand 18 in Oosterhesselen. Het verzoek van het COA was om te starten met een capaciteit van 400 plaatsen en na een halfjaar te bespreken of een doorgroei naar 700 plaatsen mogelijk is. Het college heeft op dat moment aangegeven in principe, vanuit humanitaire overwegingen, positief te staan tegenover het verzoek om extra asielzoekers op te vangen in de gemeente. Vervolgens heeft het college besloten om de gemeenteraad en het dorp te informeren over het verzoek. Tijdens informatiebijeenkomsten en een raadsvergadering hebben inwoners en raadsleden de mogelijkheid gekregen om hun vragen en gevoelens over dit onderwerp met het college te delen.

Voor het college is er uit de bijeenkomsten het beeld ontstaan dat er in de lokale samenleving besef is van de urgentie om, ook in de Coevordense gemeenschap, extra opvangplaatsen te realiseren voor de opvang van asielzoekers. Tegelijkertijd zijn er zorgen. Deze gaan bijvoorbeeld over de genoemde aantallen van (maximaal) 700 asielzoekers op een inwoneraantal van circa 1850 inwoners en de praktische invulling van het initiatief. Deze signalen hebben ertoe geleid dat het college een maximum stelt van 400 plaatsen en met het COA duidelijke afspraken wil maken over verschillende aspecten die van invloed zijn op het dorp. Wethouder Brink: “Het aantal op te vangen asielzoekers is begrijpelijk een terugkerend onderwerp van gesprek. We hebben de zorgen vanuit het dorp en de raad hierover gehoord. Dat maakt voor ons dat een aantal boven de 400 niet langer bespreekbaar is. Het COA geeft aan dat een aantal van 400 een minimum is om een kwalitatief goede opvang te realiseren. Daarom hebben we ervoor gekozen om ons maximum te laten aansluiten bij het door het COA aangegeven minimum. We vinden het, ook in het belang van het dorp, belangrijk dat de kwaliteit van de opvanglocatie goed is.”

Bestuursovereenkomst

Het opstellen en ondertekenen van een bestuursovereenkomst is voor het college een eerste voorwaarde om over te gaan tot uitvoering van het realiseren van een AZC. Het college wil bij het opstellen van de bestuursovereenkomst een vertegenwoordiging van het dorp betrekken. De onderwerpen in de bestuursovereenkomst moeten recht doen aan de zorgen en vragen van inwoners en de gemeenteraad. Voorbeelden hiervan zijn zorgen over veiligheid, het overleg tussen het COA en de inwoners in het vervolgproces en de ruimtelijke inpassing van de locatie. Afspraken hierover moeten onderdeel uitmaken van de overeenkomst tussen de gemeente en het COA.

De belangrijkste onderwerpen zijn in ieder geval:

• de wijze waarop het COA zowel in de huidige fase van voorbereiding als in de fase daarna het overleg met een afvaardiging van omwonenden en de overige inwoners van het dorp zal organiseren, met als doel de relatie tussen omwonenden en het AZC goed te laten verlopen. Hierbij denken wij aan het instellen van een overlegcommissie door het COA, die bijvoorbeeld bestaat uit een afvaardiging van de omwonenden, Plaatselijk Belang Oosterhesselen, het lokale management van het AZC en vertegenwoordigers van de gemeente en politie;
• het aantal op te vangen asielzoekers; het genoemde aantal van (maximaal) 700 asielzoekers vinden wij –gelet op de reacties vanuit de samenleving en de aangenomen motie door de raad- voor een dorp als Oosterhesselen te veel. Daarom stellen wij het maximum op 400 opvangplaatsen;
• de wijze van een gefaseerde  opbouw naar dit maximum in nauw overleg met de hiervoor genoemde overlegcommissie;
• de wijze van evaluatie op basis waarvan een eventuele verlenging met (nog) 5 jaar plaatsvindt, met concrete afspraken over de te hanteren uitgangspunten en ijkpunten en over de wijze waarop met de resultaten van de evaluatie wordt omgegaan;
• de vraag welke voorzieningen noodzakelijk zijn om het AZC op een verantwoorde wijze op deze locatie te vestigen, mede in relatie tot de in het dorp aanwezige voorzieningen en de thans in Oosterhesselen, Aalden en Coevorden aanwezige onderwijsvoorzieningen;
• de wijze waarop de veiligheidssituatie in en buiten het AZC wordt georganiseerd en geborgd;
• de wijze waarop het traject van vergunningverlening wordt ingericht, de daarbij te hanteren tijdlijnen, de ruimtelijke inpassing en verschijningsvorm ten aanzien van het ontwerp van de nieuwbouw in het landschap en haar omgeving en op welke wijze omwonenden en de overige inwoners van het dorp hierbij worden betrokken. Uitgangspunt  is dat zoveel mogelijk bebossing op het perceel gehandhaafd blijft en de groensingel die de begrenzing vormt tussen de naastgelegen woonwijk en het AZC, zoals aangegeven in het bestemmingsplan, intact wordt gelaten. Met andere woorden: streven naar een zo breed mogelijk gedragen bouwplan, dat voldoet aan welstandseisen (beeld, geluid en kwaliteit) en dat zo veel mogelijk past in het landschappelijk karakter van het perceel en van de omgeving;
• de wijze waarop de vestiging van het AZC een bijdrage kan leveren aan versterking van de lokale economie en infrastructuur;
• de wijze waarop het terrein na het tijdelijk gebruik als AZC wordt opgeleverd;
• de vergoeding van additionele kosten die de gemeente moet maken als gevolg van de komst van een AZC;
• garantstelling door het COA aangaande de financiële risico’s in het kader van de te voeren ruimtelijke procedure en afspraken en garanties van het COA over de oplevering van het terrein na beëindiging van het huurcontract.

Maatschappelijke verantwoordelijkheid

Het college wil met het genomen besluit zowel haar maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen als gehoor geven aan de zorgen van de inwoners van Oosterhesselen en de reacties van de gemeenteraad. Wethouder Joop Brink: “We weten dat het impact heeft op het dorp, we weten dat er zorgen zijn. We moeten daarom met elkaar in gesprek blijven over hoe het gaat en wat de ervaringen zijn.”