65 jaar lid van een partij
Op 5 mei werd door Margreet Ronda ( voorzitter afdeling Coevorden) de Drees penning uitgereikt aan de heer G. Blaauw en mevrouw Scholte Ter Horst in zorgcentrum de Voorde in Coevorden. De dochter van mw. Scholte Ter Horst vertelde ons dat haar ouders alleen maar lid waren en geen politieke carrière ambieerden. Ondertussen weten wij wel dat de familie een zoon (Hennie Scholte ter Horst) als wethouder heeft geleverd.
Namens het bestuur heeft José Langeland een interview met de heer G. Blaauw en geeft een inkijkje in diens leven.
Ik neem u even mee naar 1935, de vader van de heer G. Blaauw was lid van de SDAP en dat was gevaarlijk in die tijd, ik kan me het bijna niet voorstellen maar er stonden verkiezingsborden langs de weg “Mussert of Moskou” vertelde de heer Blaauw. Die “rooien” waren toen nog gevaarlijk. De heer G. Blaauw werd lid in 1948, in de gemeente Dalen, zegt hij met enige bescheiden trots. In WOII is hij timmerman-meubelmaker geweest. In 1943 werd ik gevraagd voor het distributiekantoor in Oosterhesselen, daar werden de voedselbonnen uitgereikt en daarop kreeg je meel of suiker of melk en we hadden óók tabaksbonnen die recht gaven op een pakje sigaretten en zelfs nog gecombineerde bonnenkaarten waarop je tabak en zelfs snoeperij kreeg als chocolade. In 1944 volgde er een overval op het distributiekantoor, de Duitsers wilden namen hebben van Nederlanders die zich moesten melden in Duitsland. De gemeentesecretaris heeft toen alle bonnen verstopt om vervolging uit te sluiten. Omdat we in die tijd ook bonnen gaven aan onderduikers moesten we weer een manier zien te vinden om alle namen weer terug te krijgen en uit de handen te blijven van de Duitsers. In 1944 ben ik ondergedoken. Ik vroeg raad aan de burgemeester De Cock. Op 5 april 1945 werd Coevorden bevrijd. Het Coevordense gedeelte vanaf de Bentheimerbrug werd het eerst bevrijd. Vanaf 6 mei-8 mei was er een paar dagen niemandsland van Coevorden tot de Oosterhesselerbrug – Hoogeveense Vaart. Acht mei werden er 2 boerderijen in brand gestoken, de boerderijen van Harm Boeting en familie Abbing. Zoals iedereen was ook de heer Blaauw voortdurend bang om opgepakt te worden.
“In 1947 werd ik gevraagd als ambtenaar” vervolgde hij zijn gesprek. “In die tijd was er geen geld en het land moest opgebouwd worden. Het was mijn taak om de consumenten kredieten te verstrekken. Van 1952-1985 ben ik gemeentebode geweest. In dat jaar, 1952, trouwden wij ook.”
“Wij hadden elkaar in 1943 ontmoet en dan zag je elkaar niet vaak en ik had natuurlijk óók eerst geld nodig om te trouwen zo gaan die dingen.” Met zijn lieve vrouw kreeg hij 2 kinderen en hij is nu de trotse grootvader van 4 kleinkinderen en 2 achterkleinkinderen. Daar gaat hij nog weleens heen in zijn auto als zijn broze gezondheid het toelaat. Zijn lieve vrouw is in 2009 overleden. “Ze was een kei in borduren en breien en ze maakte portemonneetjes van kraaltjes en deze verzameling pronkte mooi in een vitrinekast. Mijn vrouw was ook toneelspeelster en zo nu en dan fungeerde ons huis als een repetitieruimte, dat was vaak lachen als ik mijn vrouw zag in een andere rol. “Ik had er geen verstand van” zei ze altijd lachend.” Trots vertelt hij dat zijn vrouw lid was van de Rooie Vrouwen, ze was gevraagd door Abe Ter Beek de vader van Relus Ter Beek en later werd ze lid van de plattelandsvrouwen. Als hobby heeft de heer Blaauw alles over Germanicus verzameld aan knipsels die allemaal te vinden zijn in een plakboek . Ook heeft hij verschillende functies bekleed bij Germanicus. Nu weet ik waarom de heer Blaauw me vroeg om de foto’s die 5 mei door Koos Vos gemaakt zijn, hij wilde die ook graag voor zijn plakboek. Voor de Drees penning die te pronken bij de TV ligt, vóór de foto’s van zijn dierbaren, wil hij op zoek gaan naar een houdertje. “Dan kun je die beter zien”
Bedankt heer G. Blaauw, voor het mooie gesprek dat ik met u had vanmiddag 14 mei 2013, ook namens het bestuur. Tevens bedankt het bestuur mw. Scholte Ter Horst en ook de dochter van mw. Scholte Ter Horst.